Doorslapen vanaf 6 maanden

Van 6 tot 12 maanden

Rond de leeftijd van vijf maanden komt er meestal een rustigere periode aan. Je baby slaapt nu ´s nachts vaak beter door. Overdag doen ze twee of drie dutjes: 's ochtends, in de voormiddag en in de namiddag. Per dag heeft je kindje nu ongeveer 15 uur slaap nodig. Er zijn echter geen vaste regels. Elke baby heeft zijn eigen ritme. 

Heeft jouw kindje problemen met (door)slapen? Luister dan goed naar de manier waarop het huilt. Er zijn nogal wat verschillende manieren om te huilen. De ene manier van huilen betekent iets heel anders dan de andere. Zo is er het huilen om aandacht. Maar je kindje kan ook huilen omdat het honger heeft, dan kan de borst of een flesje wonderen doen. Je kindje kan echter ook huilen omdat het pijn heeft. Vanaf 5 maanden ongeveer komen de eerste tandjes door. Sommige baby's hebben daar weinig last van, maar het merendeel raakt uit hun normale doen. Je kleintje kan dan meer wakker liggen en huilen en is aanhankelijker. Hij kan soms moeilijker slapen en wil soms niet eten. Andere baby's vinden dan weer troost in een flesje. Je kind kan in die tijd meer speeksel produceren, wat maakt dat ze meer gaan kwijlen en mogelijk meer gaan hoesten. 

Kortom: probeer uit te maken waarom je kindje niet slaapt. De borst of een flesje bij honger; een bijtring of een speciale gel (verkrijgbaar bij de apotheek) als de tandjes doorkomen of een beetje extra lichaamscontact kunnen wonderen doen. 
Slaaptips:   

• Als je baby overdag voldoende drinkt en eet, slaapt hij ´s nachts vaak beter door. Een laatste papfles voor het slapengaan kan ook helpen.    

• Neem rustig de tijd om je kindje naar bed te brengen.    

• Een warm badje of een massage kan ook helpen om door te slapen.    

• Kijk of er misschien tandjes doorkomen